Kleine wereldreis voor Lars en zijn kameraden: ‘Je moet er iets voor over hebben’

Feyenoord staat voor het eerst in twintig jaar weer in een Europese finale. Morgen (woensdag 25 mei) treedt de stadionclub aan tegen het Italiaanse AS Roma. De wedstrijd wordt gespeeld in de Albanese hoofdstad Tirana, waar het Air Albania stadion het decor is voor deze eerste Conference League eindstrijd. Het knusse stadion in Albanië heeft maar plek voor 22.500 voetballiefhebbers, waardoor er (officieel) slechts 3.000 Feyenoorders een kaartje konden kopen. Één van de gelukkigen is de dertigjarige speler van het vierde voetbalelftal van Hulshorst, Lars Kramer. “Geluk hebben, gewoon echt geluk hebben”, zo zegt een lachende Kramer.

Nick Hoekman

De voormalig inwoner van Hulshorst heeft zijn wekker moeten zetten om een ticket te kunnen bemachtigen, de verkoop begon al vroeg in de ochtend. Een kaartje voor de finale is gewild en de voorraad schaars, om die reden is de verkoop verdeeld in verschillende groepen. De dertigjarige Feyenoorder kreeg voorrang. “Ik heb een seizoenskaart én daarnaast een uitkaart, de kaarten gingen voor mij om 06.00 in de verkoop. Net geluk gehad.”

Naast het aanmoedigen in de Kuip, probeert Kramer zijn club ook te ondersteunen in Europa. “We zijn in Praag geweest, naar de kwartfinale. We proberen eigenlijk alle seizoenen wel een Europese wedstrijdje mee te pakken. Sowieso eentje, maar ja. Dat worden er nu iets meer natuurlijk, want die finale kun je niet laten schieten.”

De reis naar Tirana wordt met acht vrienden gemaakt. In de Albanese hoofdstad heeft iedereen die een kamer verhuurd, verheugd gereageerd op de komst van duizenden Feyenoorders. “We hebben vroeg geboekt. Maar niet vroeg genoeg, want de prijzen schoten natuurlijk de lucht in toen bekend werd dat Feyenoord die kant op moest. Het was alsnog aardig aan de prijs, maar je moet er wel iets voor over hebben. Het is al met al een hoop geld, maar dit zullen we voorlopig wel niet meer meemaken.”

Om überhaupt in het zuidwesten van de Balkan te geraken, staat er voor Kramer en zijn kameraden nog een klein zeventien uur durend wereldreisje op het programma. 

“Dinsdag gaan we met de trein naar Schiphol, daarna met de Thalys naar Brussel. Vanaf daar stappen we in het vliegtuig, met een tussenstop in Istanbul. En vanaf door naar Tirana.” Al met al een flinke reis. “Om 06.50 stap ik in de trein naar Harderwijk en om 00.15 komen we, als alles goed is, aan in Tirana. Dus we zijn wel een paar uurtjes onderweg. Maar op het moment dat we in de trein stappen, maken we er een feestje van. We hebben de tijd.”

Al alles volgens planning verloopt, dan is de terugreis een stuk minder uitdagend. Hierdoor komt het bijwonen van een eventuele huldiging in de Kuip, niet in het geding. “Dat moeten we net kunnen redden. We vliegen vrijdag om 06.15, dan hebben we een directe vlucht. Dat is iets van tweeënhalf uur. Dan zijn we op tijd in Brussel, daarna naar Rotterdam. Dus dat moet te doen zijn. Eerst maar hopen dat die huldiging er komt”

Toch denkt de Feyenoorder dat er wel degelijk een huldiging komt. “Ik hoop in ieder geval een mooie pot te zien en dat we winnen natuurlijk. Ik heb er vertrouwen in en er op zich wel een goed gevoel bij”, zo besluit een hoopvolle Kramer.