Ina de Wilde uit Nunspeet is auteur van literaire romans. Ze schrijft over het leven.
Ina de Wilde uit Nunspeet is auteur van literaire romans. Ze schrijft over het leven. eigen foto

‘Verdriet is een mooie emotie’

Columns

Zo’n twee jaar terug werd ik gevraagd door een journalist van de Stentor om een interview te geven. Best spannend. De journalist stelde gelukkig zinnige vragen. Dat was fijn, want dan krijg je meestal ook zinnige antwoorden. Na afloop bedankte hij mij, er was geen tijd meer om het stuk van tevoren nog te controleren. Aan de hand van mijn vertellen haalde hij er een koptekst uit en plaatste deze vetgedrukt boven het interview, Verdriet is een mooie emotie.

Ina de Wilde

Al vrij snel kreeg ik over deze koptekst reacties, meestal dezelfde geïrriteerde vraag. Hoe kan verdriet nou mooi zijn? Hoe kon ik dit zeggen? Een man was kortgeleden zijn partner verloren en riep boos, ik word gek van verdriet daar is niets moois aan. Weer een ander, ik heb ontslag gekregen en lig er wakker van. Iemand zei, ik ben ziek en wil nog zo graag leven. Allemaal opstandige verontwaardiging over intens verdrietige maar normale levensgebeurtenissen.

De man die na een lang samenzijn zijn partner was verloren aan de dood, bleef mij verwijtend aankijken en ik vroeg hem: ‘wat had u dan gewild?’ Hij antwoordde: ‘dat ze er nog was natuurlijk!’ ‘En tot hoelang dan?’, vroeg ik. Stelt u zich eens voor dat we ervoor zouden kiezen dat het enige wat we hebben en waar we om geven onszelf is. Helemaal niets anders dan dat. Dus geen geliefden, geen bezit, geen werk en geen toekomstverwachtingen; een vlak leven dus. Dan valt er ook weinig te verliezen. Willen we dat? Wat zou u antwoorden?
Ik kijk naar buiten, het stormt, de wind giert en beukt, de regen klettert er lustig op los. De november stormen gaan hun gang. Ongevraagd geselen ze de natuur tot kale takken overblijven.

Een herinnering van jaren geleden; mijn geliefde lag voor de zoveelste keer op de ic in Amsterdam. Hij kwam niet meer bij na een operatie. Ik zat naast hem en keek naar zijn slapende lieve gezicht en kon niet meer stoppen met huilen. Zoveel lijden, tranen stroomden achter elkaar door, één uur, twee uur, nog langer misschien, ik weet het niet meer. Opeens voelde ik een hand op mijn schouder. Een verpleegkundige zei zacht: ‘Uw man heeft maar geluk dat er zoveel van hem gehouden wordt.’ Ik keek omhoog in haar gezicht, ze vulde aan: ‘Ik maak hier te vaak mee dat er geen traan gelaten wordt om een mens.’

Nog in verre gedachten kijk ik de man opnieuw aan en vraag zacht, ‘welke emotie had u dan gewild?’ Hij zoekt, twijfelt en weet zo gauw geen antwoord. Ik noem voorzichtig een paar gangbare emoties na verlies: boos, opgelucht, opstandig, zelfmedelijden en blijf hem vragend aankijken. Hij antwoordt niet, maar knikt begrijpend. Het is een utopie, verloren energie, om constant te streven naar gelukkig zijn. Geluk, blijheid, gezondheid en een lang leven worden zo vreselijk overschat, dat verdriet daardoor onderbelicht en ondergewaardeerd blijft. Het past niet in ons maakbare leven.

De donkere maanden, het naar binnengerichte jaargetijde, koude tijden komen eraan. Regen striemt in het gezicht, de snijdende wind beukt om het hoofd. Laat maar komen, het hoort erbij.